
Het bepalen van de nierfunctie door middel van het meten van kreatinine in het bloed is een bepaling die vaak wordt gedaan bij urologische klachten. Het bloedonderzoek geeft inzicht in de algemene gezondheidstoestand en de nierfunctie van de patiënt.
Het onderzoek
Het onderzoek gebeurt door bloedafname. Een verhoging van het kreatinine in het bloed wijst op een verminder functioneren van de nieren. als het kreatinine te hoog is, volgt verder onderzoek. In dat geval zal vrijwel zeker een echografie van de nieren worden gemaakt.
Wat is kreatinine?
Kreatinine is een afbraakproduct van kreatininefosfaat dat de in de spieren wordt gevormd en met een vrij constante snelheid wordt geproduceerd. Vervolgens komt kreatinine in de bloedcirculatie en wordt in de nieren gefiltreerd en afgebroken. Een klein deel wordt weer uitgescheiden. Hierdoor ontstaat er in het bloed een evenwichtsspiegel die het resultaat is van de productiesnelheid in de spieren enerzijds en de klaring van de nieren anderzijds. Het kreatininegehalte wordt dus voornamelijk door twee factoren bepaald: de spiermassa en de nierfunctie. Als men de gemiddelde spiermassa bij een bepaalde leeftijd in oogschouw neemt kan het kreatininegehalte in het bloed als maat voor de nierfunctie worden gezien.
Aanvullende testen
Pas wanneer minder dan de helft van de nierfunctie is overgebleven, zijn de kreatininewaarden in het bloed verhoogd. Daarom wordt tegenwoordig op basis van lengte, gewicht en kreatininegehalte in het bloed de GFR berekend: de Glomulaire Filtratie Rate. Deze GFR wordt als een iets meer nauwkeurige indicator van de nierfunctie gezien. De meest nauwkeurige methode om de nierfunctie te bepalen is om zowel het kreatininegehalte in het bloed, als ook de 24-uurs urinetest te doen: alle urine die in 24 uur wordt geproduceerd wordt opgevangen. Hiervan worden dan allerlei bepalingen van zouten en afbraakproducten, zoals kreatinine, bepaald.