Verpleegkundigen lopen in de gang

Bij spraakapraxie werken de spieren om te spreken nog goed maar het aansturen van de spieren geeft problemen. De oorzaak van dit probleem is hersenletsel. Het meest opvallende kenmerk is dat een persoon met spraakapraxie steeds zoekende mondbewegingen maakt. Bij spraakapraxie zijn het niet altijd dezelfde klanken of woorden die voor problemen zorgen. Een persoon met spraakapraxie kan heel erg worstelen om het woord te kunnen zeggen. Spraakapraxie komt vaak voor samen met afasie.

Onderzoek en diagnose


Wij onderzoeken met een spraakapraxie-onderzoek de aard en de ernst van de problemen. Aandachtspunten hierbij zijn het bewegen van gezichts- en mondspieren, de uitspraak van losse klanken en woorden. Zo observeren wij waar de beperkingen en mogelijkheden liggen. Verder wordt onderzocht en beschreven op welke wijze de spraakapraxie de dagelijkse communicatie beperkt.

Therapie


Behandeling bij spraakapraxie kan tijdens een opname in het ziekenhuis, poliklinisch of in Poliklinisch Revalidatie Behandeling plaatsvinden. De frequentie van therapie hangt af van de aard en de ernst van de klachten en uw belastbaarheid. Er is aandacht voor technieken die de aansturing van de articulatiespieren vergemakkelijken en zo het spreken als het ware opnieuw te automatiseren. Soms wordt u geleerd de communicatie met een hulpmiddel te ondersteunen. Omdat het belangrijk is om regelmatig te oefenen, krijgt u oefeningen mee naar huis