ZGT'er controle verdachte plekjes

Per jaar wordt in Nederland circa 7000 keer een melanoom vastgesteld. Een melanoom komt vooral voor bij mensen tussen de 30 en 60 jaar. Als het vermoeden op een melanoom bestaat, kunt u bij het oncologisch centrum van ZGT terecht voor onderzoek en behandeling.

Wat is een melanoom?

Een melanoom is een vorm van huidkanker die ontstaat uit de pigmentcellen van de huid. Deze pigmentcellen zitten overal in de huid. In deze cellen wordt een bruin pigment aangemaakt, dat de kleur geeft aan de huid. Dit pigment beschermt de huid tegen de schadelijke effecten van zonlicht. In een moedervlek liggen heel veel van deze pigmentcellen in een kluitje bij elkaar.

Er is sprake van een melanoom als een groep pigmentcellen is veranderd in kankercellen (melanoom betekend letterlijk: zwart gezwel). Omdat de pigmentcellen overal voorkomen, kan een melanoom ook overal in de huid ontstaan. Soms ontstaat een melanoom in een reeds bestaande moedervlek. De moedervlek ondergaat hierdoor veranderingen.

Hoe herkent u die veranderingen?

  • Kleurverandering in de moedervlek;
  • Nieuwe donkere elementen of juist lichte ophelderingen zijn verdacht;
  • Verandering van vorm van de moedervlek. Als de moedervlek een grillige begrenzing krijgt of dikker wordt kan dit betekenen dat zich een melanoom aan het ontwikkelen is;
  • Jeuk;
  • Pijn;
  • Bloeden.

Diagnose

De diagnose melanoom kan gesteld worden op basis van een zogenaamde diagnostisch excisie. De dermatoloog of chirurg inspecteert de verdachte plek en de rest van uw huid op andere afwijkingen. Bij verdenking melanoom wordt de verdachte plek verdoofd en uitgesneden. De patholoog anatoom onderzoekt dit weefsel vervolgens onder de microscoop.

Behandeltraject

Operatieve behandeling (re-excisie). Afhankelijk van de dikte van het melanoom zal uw arts de huid voor de zekerheid nog wat ruimer wegsnijden. Dit noemen we een re-excisie. Op basis van de kenmerken van het melanoom kan bij u vervolgonderzoek nodig zijn naar eventuele uitzaaiingen in de lymfeklieren.

Bij de meeste mensen bij wie een melanoom is weggehaald, is verdere behandeling niet nodig. Maar als er sprake is van uitzaaiingen, wordt soms wel aanvullend behandeld.

Nazorg

Niet iedere patiënt die behandeld is voor een melanoom hoeft terug te komen voor een controle. Uw arts zal aangeven of controle wel of niet noodzakelijk is. Tijdens de controles wordt lichamelijk onderzoek uitgevoerd. De controle en de zorg rondom een melanoom is er op gericht:

  • Controle op nieuwe huidkanker;
  • Controle op terugkeer van de tumor;
  • Het signaleren van mogelijke late effecten van de therapie te zien/ vinden en zo nodig te behandelen.

In de periode na de behandeling is er vaak behoefte aan informatie over de manier van omgaan met de gevolgen van de behandeling en de terugkeer naar het normale leven. U kunt dit tijdens uw controleafspraak bespreken. Naast de afspraken met de artsen krijgt u ook een afspraak bij de casemanager melanoom op de polikliniek dermatologie of de polikliniek chirurgie. Zij zal met u bespreken hoe het met u gaat en daarbij het omgaan met de gevolgen van de behandeling ter sprake brengen.