Obesitas en de vooroordelen van de maatschappij

Obesitas is een ingewikkeld en wereldwijd gezondheidsprobleem dat vaak gepaard gaat met tal van fysieke, mentale en sociale gevolgen. Het wordt gedefinieerd als een BMI van 30 of hoger en kan leiden tot aandoeningen zoals diabetes, hoge bloeddruk, depressie en beperkte mobiliteit. De impact van obesitas op het dagelijks leven is enorm, en voor veel mensen is obesitaschirurgie de laatste stap nadat ze talloze pogingen hebben ondernomen om af te vallen.

Susanne Van Ulzen, verpleegkundig specialist bij het ZGT Obesitacentrum, werkt al 13,5 jaar in de zorg en begeleidt patiënten in hun traject voor en na een bariatrische operatie. Bij ZGT wordt obesitas niet alleen als een lichamelijke ziekte gezien en behandeld, maar wordt er ook gekeken naar de mentale gesteldheid van de patiënt zodat de patiënt centraal staat.

"Obesitas is veel meer dan alleen te veel eten," vertelt Susanne. “Het is het resultaat van een lastige mix van factoren zoals genetica, medicatie, sociaal-economische status en stress." Ook de omgeving speelt een belangrijke rol: "Bewerkte voedingsmiddelen en de overvloed aan suikerrijke producten maken het moeilijk om gezond te blijven." Dit heeft geleid tot hardnekkige vooroordelen, zoals het idee dat obesitas alleen te wijten is aan slecht eetgedrag “ieder pontje door het mondje” of een gebrek aan inzet. Dit is niet alleen onterecht, maar ook schadelijk voor mensen die worstelen met obesitas. Wat nodig is, is begrip, steun en een brede benadering van zowel de medische als maatschappelijke oorzaken. Susanne benadrukt: "Begin met haalbare doelen, want kleine veranderingen in je dagelijks leven kunnen grote stappen zetten in het verbeteren van je gezondheid."

Een ander belangrijk aspect is preventie. “Het gebrek aan buitenspelen, de overvloed aan ongezond eten en het gemak van fastfood dragen allemaal bij aan de groeiende obesitasproblematiek. In Nederland heeft nu meer dan 50% van de bevolking overgewicht, en dat percentage zal naar verwachting oplopen naar 60% in 2050." Susanne pleit voor meer nadruk op preventie, met speciale aandacht voor kinderen en meer aandacht voor gezonde voeding en beweging.