Wetenschap

Wetenschapsfonds 2023

Op dinsdag 16 mei 2023 vond bij ZGT de feestelijke uitreiking van de vouchers van het ZGT Wetenschapsfonds en CMS 2023 plaats. De vouchers worden elk jaar uitgereikt en zijn onderdeel van het Wetenschapsfonds.

De winnaars ontvingen de vouchers uit handen van Hilde Dijstelbloem (voorzitter Raad van Bestuur ZGT) en Ad Claassen (Coöperatie Medisch Specialisten).

Dit jaar zijn de volgende collega’s en voorstellen beloond met een voucher:

Femke Kleijsen (junior onderzoeker): Veerkracht van kwetsbare ouderen met een heupfractuur: is er een relatie tussen handknijparbeid, urine-excretie van creatinine en een voorspoedig herstel na operatie?

Rowan Knulst (chirurg): De stadiëring van lobulaire borsttumoren met bewezen lymfekliermetastasen: FAPI versus FDG.

Goos Laverman (nefroloog), presentatie door Christina Gant: Vermijdbare nierschade een halt toe roepen: AKI PATROL (in-hospital acute kidney injury prevention and treatment by automated clinical support algorithms)

De CMS-voucher ging dit jaar naar Judith Waldner (technisch geneeskundige): Borstreconstructie met eigen weefsel na borstkanker: schade beperkend weefsel oogsten met soft-tissue modulatie.


Samenvatting van de onderzoeken


Femke Kleijsen (junior onderzoeker): Veerkracht van kwetsbare ouderen met een heupfractuur: is er een relatie tussen handknijparbeid, urine-excretie van creatinine en een voorspoedig herstel na operatie?

Fysieke veerkracht is de intrinsieke capaciteit van een persoon om spoedig en volledig te kunnen herstellen van gezondheidsstressoren, zoals een geopereerde heupfractuur. Inschatting van veerkracht maakt een betere voorspelling van herstel mogelijk. Hierdoor kan de behandeling worden gepersonaliseerd, resulterend in betere kwaliteit van zorg. Deze studie vergroot het inzicht in de veerkracht van heupfractuur patiënten na operatie door twee innovatieve methodes te combineren: spier-uithoudingsvermogen gemeten met handknijparbeid (combinatie van handknijpkracht en spieruithoudingsvermogen) en de urine-excretie van creatinine (een maat voor functionele spiermassa).

Rowan Knulst (chirurg): De stadiëring van lobulaire borsttumoren met bewezen lymfekliermetastasen: FAPI versus FDG.

Lymfeklieruitzaaiingen bij borstkanker worden nu in kaart gebracht met een PET-scan met de tracer 18F-deoxyglucose (FDG). Bij een deel van de patiënten tonen lymfekliermetastasen onvoldoende uptake, waardoor een onderschatting van de ernst van de ziekte optreedt en de gekozen behandeling na afloop niet passend blijkt. De literatuur biedt een alternatief in de vorm van fibroblast-activation-protein inhibitor (FAPI), die bovendien beschreven staat als potentieel “theranosticum”; een combinatie van tracer waar een medicijn aan te koppelen is. Wij willen FAPI onderzoeken om patiënten beter in kaart te brengen in situaties waar er weinig FDG-uptake is, teneinde een beter passende behandeling te kiezen.

Goos Laverman (nefroloog): Vermijdbare nierschade een halt toe roepen: AKI PATROL (in-hospital acute kidney injury prevention and treatment by automated clinical support algorithms)

Acute verslechtering van nierfunctie (Acute Kidney Injury, AKI) is een veelvoorkomend probleem, dat landelijk optreedt in 20% van de ziekenhuisopnames. AKI gaat gepaard met een acuut verhoogd risico op overlijden maar leidt ook tot chronische nierschade en hartvaatziekten. Helaas wordt de internationale AKI-richtlijn niet goed nageleefd en komt vermijdbare (nier)schade veel voor. In dit onderzoek, uitgevoerd in drie STZ-ziekenhuizen, ontwikkelen en onderzoeken we automatische beslisalgoritmes, gebaseerd op de AKI richtlijn, gebruikmakend van real-time data uit het elektronisch patiëntendossier. Deze algoritmes herkennen AKI en genereren praktische richtlijn-gebaseerde adviezen aan de zorgprofessional. Zo willen we acute nierschade een halt toeroepen.

Judith Waldner (technisch geneeskundige): Borstreconstructie met eigen weefsel na borstkanker: schade beperkend weefsel oogsten met soft-tissue modulatie.

Het doel van dit onderzoek is om autologe borstreconstructies te optimaliseren door het benodigde volume van de nieuwe borst digitaal te plannen. Het bepalen van het benodigd weefsel wordt nu gedaan door de plastisch chirurg op basis van klinisch gevoel. Door onzekerheid over de benodigde lap kan de kans op complicaties, verslechterd esthetisch resultaat en secondaire correcties vergroten. Door preciezer te zijn kan de wond van de buik kleiner gehouden worden. Dit willen we doen door de locatie en grootte van de benodigde lap nauwkeurig te bereken vanuit een CT-scan en een 3D foto met behulp van soft-tissue modelleren.